het leven van Rudolf Steiner.

Rudolf Steiner (1861 - 1925) groeide op midden in de natuur, op het Oostenrijkse platteland. Steiner studeerde wiskunde en natuurkunde in Wenen en schilderde en boetseerde daarbij. Hij vond dat een kind zich eerst moet ontwikkelen tot een creatief wezen en zich moet leren uiten. Dat was volgens hem de basis voor de verstandelijke ontwikkeling. Hij kon zijn ideeën in de praktijk brengen op de eerste Vrije School, die hij in 1919 in Stuttgart oprichtte. De vrije school heette niet de vrije school omdat de leerlingen zo vrij waren, maar omdat hij zich niet wilde aanpassen aan de wettelijke bepalingen. Deze bestond uit 12 klassen en gaf kinderen de kans om zich in plaats van te werken volledig te ontplooien. In 1923 werd de eerste Vrije School in Nederland geopend. Tegenwoordig worden de ideeën van Steiner ook in veel kindercentra toegepast.

De uitgangspunten van Rudolf Steiner en de Vrije school zijn:

- het geestelijke als belangrijkste
- ontwikkelingsfasen:
  imitatie tot 7 jaar; Tot het zevende jaar imiteert het kind wat het zintuigelijk waarneemt
  intuïtieve kennis van 7 tot 14 jaar; Na de tandenwisseling tot ongeveer het veertiende jaar is het kind meer gericht op zaken die samenhangen met de ziel. Hij neemt zintuigelijk waar en geeft hier nu ook een gevoelswaarde aan. Hij denkt echter nog niet logisch zijn ontwikkeling wordt gestuurd door het ritmische stelsel, dat is de ademhaling en de bloedsomloop. Hij ontwikkeld intuïtieve kennis.
  logisch denkvoormogen vanaf 14 jaar; Wanneer de jongere geslachtsrijp is, ontwikkeld hij een logisch denkvermogen en kan hij pas echte intellectuele kennis verwerven. Het zuivere 'willen' staan voorop.

De kenmerken van Rudolf Steiner en de Vrije school:

- nabootsing; door nabootsing verkennen de leerlingen de wereld om zich heen en verbinden zich ermee.
ontwikkeling wils- en gevoelsleven; lichaam en ziel kunnen niet tot ontplooiing komen als het intellect te vroeg wordt geschoold. De nadruk moet daarom liggen op de ontwikkeling van het wils- en gevoelsleven en kunstzinnige vorming.
- natuurlijke materialen; Om op natuurlijke wijze te werken, gebruikt men natuurlijke materialen zoals wol, hout, kurk, touw. Ook het kleurgebruik binnen de school is gebaseerd op kleuren die je in de natuur aantreft: zachte tinten,aardekleuren.
- dag- week- en jaarritme; De beleving van het dag-, week- en jaarritme en de feesten die daarin vallen, zijn belangrijk voor een gevoel van veiligheid en vertrouwen.
- gezamelijke activiteiten; Voor veiligheid en vertrouwen is het samen bezig zijn ook belangrijk, bijvoorbeeld spelen, wandelen en samen activiteiten uitvoeren.
- ouders hangen antroposofie aan; Vanwege de nauwe relatie tussen de opvoeding thuis en op school moeten de ouders de antroposofische (de levensleer van Rudolf Steiner, berustend op de harmonische doorgronding van het wezen van de mens in zijn mentale, religieuze, wetenschappelijke, culturele, lichamelijke en andere uitingsvormen) levensvisie aanhangen.

 

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb